Ontzetting. Verbijstering. Woede.

Daar waren ze. De foto’s, het artikel. Op de voorpagina van de NRC van 3 mei stond het: “Honger in Somalie: 260,000 doden.” Een kind drinkend, twee andere uitgemergeld, een ervan beklemmend, met grote, leeg-starende, ronde ogen. De dood was nabij. Onder de foto’s “De hongersnood (tussen 2010 en 2012) in Somalie blijkt veel groter dan gedacht.” Blijkt dat nu pas? Hebben we daar 200 studies voor nodig? Het kader somt op: “Niger (2010) Zeven miljoen mensen kampen met voedseltekorten na mislukte oogsten; Ethiopie (2000) Door de droogte worden miljoenen mensen getroffen door voedseltekorten. In de zuidelijke regio van Somalie wordt een hongersnood uitgeroepen; Congo (1998-2004) Een oorlog zorgt voor grote voedseltekorten. Miljoenen mensen sterven; Somalie (1991-1992) Droogte en burgeroorlog leiden tot een hongersnood waarbij 230,000 mensen omkomen; Ethiopië 1984-1985) Een miljoen mensen overlijden door een hongersnood die wordt veroorzaakt door oorlog, droogte en economisch wanbeleid.” Pagina’s 3 en 4 gaan over Syrie: of je wel of niet helpt, het kan altijd fataal zijn. Op bladzijde 2 een foto van een 16,5 meter hoge gele badeend, helemaal versleept naar Shanghai, ontworpen door een Nederlandse kunstenaar.

Het artikel somt ze allemaal op, ingredienten van de huidige ramp. Allemaal herkenbaar, bekend. Droogte veroorzaakt door La Nina, die juist deze delen van Afrika in de doorgaans natte periode treft. Hierdoor mislukte de oogst, burgeroorlog brak uit tussen de boeren en milities die naast vele slachtoffers ook voedselhulp onmogelijk maakte en ook landbouwgereedschap en voedsel stalen, milities doorgaans gevoed door werkloze plattelandsjongeren, te laat doorgegeven nood, te laat komende internationale hulp, hongerende, wegtrekkende mensen waarvan de zwakken, kinderen en waarschijnlijk de ouderen, langs de weg naar hulpkampen achterblijven, kreperen en sterven. We herkennen, weten het allemaal.

Naast me ligt het boek van Christian Parenti uit 2011 dat alle verschrikkingen beschrijft, Tropic of Chaos. Climate Change and the New Geography of Violence. Ik herinner me een ander artikel in de NRC van 2012 over ontwikkelingen in Syrie, uiteindelijk voortkomend uit de grote droogte aldaar: mislukkende oogsten, honger, naar de sloppenwijken wegtrekkende boeren, de ontreddering, de burgeroorlog. Willem Alexander werd laatst bekritiseerd doordat hij niet wist dat een regeling omtrent wateraanvoer voor Israel de Palestijnen zou raken. Een regio voor het potentiele of inmiddels actuele ontstaan van “water wars” tussen landen. Andere nummers berichtten over de wegvallende graanoogsten in Saudie Arabie: tot 2012 was de aanvoer van fossiel water uit ondergrondse bekkens voldoende voor de productie van graan, maar die aanvoer schiet nu tekort: graan moet nu ingevoerd worden. Dezelfde uitputting van ondergrondse fossiele bronnen zien we in India, waarvan de waterstand met een meter per jaar zakt. Hoe lang kan dat nog doorgaan voordat ook daar de productie stagneert?

Inmiddels blijft het klimaat opwarmen, een onstuitbaar proces. Een zelfversnellende oorzaak, de exponentiele groei van onze mondiale maatschappij als antwoord op de zelf al exponentiele groei van de bevolking, met name in het meest kwetsbare, subtropische deel van de wereld, de Tropic of Chaos. We bestrijden de financiele crisis met het stimuleren van industriele ontwikkeling, waarvoor de exploitatie van nieuwe energiebronnen, schalieolie en -gas, extra ruimte gaan geven: de energie wordt nu weer goedkoop. Hierdoor zullen ook andere gebruiksvormen, zoals transport en huishoudelijk energiegebruik, automatisch weer toenemen. En het klimaat verder doen opwarmen. De druk op het ontwikkelen van alternatieven wordt dus weer minder. De EU constateerde dat een deel van de deelnemende landen de termijnen van kooldioxide reductie niet haalde, en heeft dus het eind van de gestelde termijn weer verschoven, naar 2017.

Waar is het eind? Ja, wanneer en wat is het eind? Wanneer gaan we zien dat dit alles verband houdt, het aantal mensen op aarde, de ondersteunende industrie en organiserende maatschappij, de kooldioxide productie ervan, het opwarmende klimaat, de droogten, de mislukkende oogsten, de honger, de oorlogen, de massasterfte van honderdduizenden, miljoenen? Moeten we hoop blijven houden op een stabilisatie van onze aantallen in 2050, hopen dat dit niveau duurzaam zal zijn? Of is het nu al te hoog? Is misschien elders de toekomst inmiddels begonnen? De wereld is overal anders, klimaten verschillen, de economie, de bevolkingsaantallen en groeisnelheden hiervan. We weten vaak niet wat er elders gebeurt. Ook nu zijn de cijfers van hongerenden en doden in Somalie onbekend, de hulp kwam te langzaam op gang of werd er gehinderd. We weten en kunnen te weinig.

Wie weet en wie wist van die inmiddels vele miljoenen die hen voorgingen? Wie heeft de verbanden gelegd? Wie heeft de conclusie getrokken dat het zo niet meer kan, dat we wat moeten gaan doen? Hoe lang nog blijven we hopen dat het zo erg nog niet is, en alles inmiddels verbetert? Tenslotte, de hongersnood is nu over, de milities verslagen en ze hebben een betere president.

Ga dus maar slapen, het komt heus wel weer goed.