De wereld wordt er niet eenvoudiger op, en dat zal nog wel een tijdje zo doorgaan. De bevolking groeit, en daarmee groeit de maatschappij en wordt hij complexer. Dit betekent niet alleen dat onze voeding en onderhoud steeds meer grondstoffen gaan vergen, maar dat dit ook voor de maatschappij geldt. Echter, de grondstoffen zijn eindig en vele ervan beginnen al op hun einde te lopen; we rekenen dan in termen van de komende decennia. Er moet dus wat gebeuren, maar wat? We kunnen hierbij in de eerste plaats aan drie belangrijke categorieen van maatregelen denken: reductie, quotering en recycling van grondstoffen. Maar zijn we er dan? En voor hoe lang? Zijn het eigenlijk alleen maar maatregelen om uitstel te krijgen, waarbij we het probleem naar de toekomst verschuiven? Hoeveel verschuiving en bij welke stringentie? Of moeten we direct maar onze aantallen aanpakken?
Bij de maatregelen om deze aantallen terug te brengen zijn er twee mogelijkheden, verlaging van onze reproductie en verhoging van de mortaliteit. Voor mij is het laatste geen optie aangezien dit tot volstrekte inhumaniteit leidt. Alles ontwrichtende oorlogen of ziekten op een ongehoord grote, uit de hand lopende schaal. Beide, gepaard aan honger, dorst, verwoesting en misdaad, zijn onaanvaardbaar. Vooral wanneer we kijken naar de hoeveelheden mensen waar het om gaat: een dergelijke mortaliteit loopt in de miljarden om enig effect te hebben op het probleem. Op een dergelijke schaal zijn rampen nog nooit voorgekomen, het mag niet gebeuren. Koste wat kost.
Van de twee opties blijft er dus maar een enkele over, verlaging van de reproductie, hoewel ook dit inhumaan is. Zoals in elk geval dat er keuzen moeten worden gemaakt, zijn er nu mensen die bezwaar maken of dit wel inhumaan te noemen is, wat in feite op het ontkennen van het hele probleem neerkomt. Het is niet anders dan menselijk dat we een goed leven willen hebben, wat zich uit in het hebben van kinderen en goed voedsel, behuizing, en dergelijke. Dit zijn de drijfkrachten achter de groei van onze aantallen en van de groei van alles dat daar aan vast zit. Dit is basaal aan ons bestaan. Daar aan te tornen is daarmee inhumaan en persoonlijk ontwrichtend.
Wanneer je praat over verkleining van het kindertal per gezin op aarde is dit dan ook het eerste dat je hoort: het krijgen van kinderen is het meest fundamentele recht dat een mens heeft. Het hoort daarbij tevens in de prive sfeer waar niemand aan mag komen, een van de uitingen van dat recht. Anderen vinden dat het een biologisch gegeven is kinderen te krijgen, gepaard aan diepe gevoelens. Hier kun je niet aan komen zonder schade te doen. Het is, ook, en met het vorige verbonden, een uiting van liefde en empathie die samen de basis van onze samenleving vormen. Zonder liefde en empathie is de samenleving los zand. Op zich zet dat dan juist ook de poorten weer open naar oorlog, verwoesting en misdaad die we willen voorkomen. Maar alleen al het ontkennen van liefde en empathie is een andere vorm van inhumaniteit.
We staan hier dus voor een dilemma, de keuze tussen twee vormen van inhumaniteit, de keuze tussen twee kwaden. Een van de twee – verlaging van de reproductie, negeren of ontkennen en de andere, verhoging van de mortaliteit – niet te kiezen lijkt het probleem dus snel te vereenvoudigen tot de keuze tussen een van de drie andere opties, de reductie, quotering, of recycling van grondstoffen. Maar die leiden alleen maar tot uitstel, tot het afschuiven van eigen verantwoordelijkheid naar die van anderen, die van een volgende generatie, waarvoor het probleem dan zelfs urgenter, en dus groter, is. Bovendien is het urgenter en groter doordat we ons grondstofgebruik nog langer ongebreideld voort hebben gezet.
Vaak wordt er ook gevraagd hoe, met welke middelen een verlaging van het kindertal kan worden verkregen. Maar dit is nu juist het gebied dat een ander niet mag betreden, dit gebied betreft in feite het bovengenoemde prive domein. Hier gelden de eigen maatregelen. Het algemeen belang vraagt, daarentegen, dat de keuze wordt gemaakt tussen reproductie of mortaliteit. Dat is het gebied waar anderen hun belangen mogen laten gelden: het tast hen aan in hun bestaan.
Gezien het feit dat de bevolking, en daarmee de maatschappij, de komende decennia door zal blijven groeien, is het noodzakelijk nu al het probleem te erkennen en op tafel te brengen. Naar verwachting zal de groei misschien gaan stabiliseren, misschien tot op een uiteindelijk niveau van elf miljard in 2100. Met onze huidige zeven miljard komt er dan ruwweg de helft meer mensen bij waarbij de grootte en complexiteit van de maatschappij navenant groeit. Met het naderen van de grenzen aan de grondstofvoorraden wordt het nemen van een beslissing urgent.